Onze taal verandert door generaties heen en daar moet ik soms aan wennen. Er komen woorden bij, maar er verdwijnen er ook. Ik kan me soms heel oud voelen als ik een woord gebruik dat kennelijk niemand meer zegt. Zoals tof of flitsend. Of juist als iemand een term uitspreekt waar ik nog nooit van gehoord heb. Heel akward, zou mijn dochter dan zeggen.
Laatst kreeg ik een persbericht waar woorden in stonden die uit het Nederlands zijn verdwenen en welke er afgelopen jaar bij zijn gekomen. Dat heeft vaak te maken met de ontwikkelingen in onze maatschappij. Nieuwe producten en trends in ons gedrag leiden tot nieuwe woorden of juist tot het verdwijnen van andere. En hoewel ik toch aardig het nieuws volg: ik las het lijstje met verbazing. Heb je bijvoorbeeld wel eens gehoord van een tongpunter? Da’s een moeilijk uit te spreken woord. En wat dacht je van achterkousigheid? Niet erg als het je niks zegt, want dat is dus zo’n verdwenen woord. En het betekent achterbaksheid.
Verder kwamen phonefixer en kaartophaler erbij. Die eerste leek me iemand die je telefoon maakt. Maar nee, het is natuurlijk een wegenwacht die je telefonisch weer op weg helpt. De andere is een pinpasfraudeur, wat dan wel weer logisch klinkt. Een doemuitgave doe je om jezelf beter te voelen over je situatie. Ik noem het misschien anders, maar ik kan niet ontkennen dat ik wel eens zulke uitgaven doe. Tot zover volgde ik het nog. Tot ik op knaagdierknap kwam. Als iemand je zo noemt, lijk je op een knaagdier en word je om die reden knap gevonden. Huh? Het zal mijn leeftijd wel zijn, want als iemand vroeger broer konijn tegen je zei, betekende dat toch echt niet veel goeds.
Gelukkig ben ik omringd door andere mensen die dat ook niet allemaal weten. Tijdens een verjaardag zat ik afgelopen week met een stuk of tien moeders bij elkaar die ik nog nooit tongpunter had horen zeggen. Niemand riep dat ik er zo knaagdierknap uitzag toen ik binnen kwam. En ervaringen met kaartophalers hadden deze dames ook al niet. Waar we ons allemaal wel druk over maken, is de schermtijd van onze kinderen. Een ergernis soms en vaak punt van discussie bij iedereen thuis. Maar als de kinderen iets doen dat niet door de beugel kan, wist een van de moeders hoe je dat oplost: gamestraf. Kijk, dat is nou een nieuw woord waar ik wat mee kan. Benieuwd wanneer die in de Dikke van Dale staat.